
Tsjah, het behoeft voor de rest geen introductie, denk ik. Deze vijf dingen vind ik heel irritant aan mezelf. En ik doe mijn best om dingen te verbeteren, maar dat gaat nog niet zo makkelijk met deze hardnekkige patronen… Boekje open!
Ik ben zo perfectionistisch, dat het vaak in de weg zit.
Als ik voor mezelf wil schrijven, moet het netjes en gooi ik een boekje weg als dat niet netjes genoeg is. Of ik schrijf het weer over. Ik begin niet met een nieuwe hobby omdat ik de drempel te hoog vind omdat het per sé gelijk goed moet. Zo sta ik op het punt om te starten met de waterverfcursus van Cynthia maar durf ik dat niet omdat ik bang ben dat ik het verpest. Het zit me ook vaak in de weg op mijn werk. Ik probeer hierin te veranderen, maar dat is nog wel heel lastig. De lat ligt altijd zo hoog, dat ik er sowieso nooit bij ga komen. Maar ik heb de waterverfspullen in huis en vind dat ik maar gewoon moet starten. Net als voor mezelf in een boekje schrijven.
Ik denk altijd dat ik iets niet kan, terwijl dat altijd wel meevalt.
Zodra ik een artikel ter goedkeuring naar een klant moet sturen, denk ik altijd dat er een berg correcties op komt. Als mijn telefoon gaat, ben ik altijd bang dat mijn werk helemaal afgebrand wordt. Ik kan deze onzekerheid niet loslaten en zelfs na 2.5 jaar veelal positieve feedback en veren in mijn kont, heb ik last van het imposter syndroom. Maar vandaag kreeg ik heel positieve woorden van een hoogleraar. Dat deed me wel heel erg goed. Maar toch weet ik zeker dat ik morgen weer twijfel.
Ik voel altijd de drang om iets te moeten doen.
In het weekend kan ik niet uren op de bank hangen en een boek lezen. Doordeweeks zal je me overdag niet op de bank zien zitten. Er is altijd wel iets te doen; kinderen, huishouden, werk, blog. Ik wil in het weekend altijd iets gepland hebben en op pad, anders word ik onrustig. Maar dat is voor mij ook weer ontspanning, juist omdat er thuis weer van alles wacht. Als ik dan ergens buitenshuis met Raymond koffie ga drinken, is dat voor mij een moment van niks doen. Ik zou willen dat ik het kan: in joggingpak hangen en mij verliezen in een boek. Maar dat sta ik mezelf pas toe als ik in bed lig. En dan moet ik weer op tijd slapen, haha.
Ik probeer altijd de vrede te bewaren. Tot dat niet meer lukt.
Mijn irritaties bouwen altijd op, omdat ik me niet uitspreek. Ik wil altijd dat een ander zich goed voelt. Maar als het dan te veel wordt, ontploft het. En dan is het hek van de dam en komt het ook eigenlijk niet meer goed, haha. Ik ben aan het leren om me vaker uit te spreken als het om kleine dingen gaat, juist om te voorkomen dat het van kwaad tot erger wordt en escaleert. Dat gaat best aardig bij een paar mensen om me heen, maar bij anderen moet ik dat absoluut nog leren en zit ik nog in de ‘vrede bewaren’-modus.
Ik vind mensen altijd aanstellers. Inclusief mijzelf.
Lol. Als iemand loopt te kuchen en die noemt zichzelf ziek, dan gaan mijn nekharen overeind staan. Als mensen verkouden zijn en zeggen dat ze zich grieperig voelen, dan sta ik op het punt om ze keihard uit te lachen. Ik zit altijd te zeuren op Raymond als hij met hoofdpijn thuiskomt en echt beroerd ervan is. Ik kan er niet zoveel mee. Maar ik vind mezelf ook altijd een aansteller, waardoor ik veel te lang met dingen doorloop. Benauwd? Ach, gaat wel weer over. Hoofdpijn? Niks wat paracetamol niet op kan lossen. Moe? Even schouders eronder. Prik gehaald in het ziekenhuis? Niet zo zeuren. Ik moet echt wat liever voor mezelf worden op dit gebied, en ook iets meer compassie tonen voor andere mensen. Want stiekem vind ik dat best knap, dat mensen kunnen roepen: ‘ik ben moe en niet zo lekker, dus ik ga het rustig aan doen.’ Komt de reactie dan toch voort uit jaloezie? Of toch die te hoge lat en strenge eisen? Wie zal het zeggen.